De opzet en indeling van de Aanbestedingswet is ongewijzigd. Dat geldt ook voor grote delen van de tekst, in elk geval wat betreft de strekking ervan. Veel wijzigingen betreffen zogenoemde technische wijzigingen of aanpassingen die de tekst van de herziene Aanbestedingswet in lijn brengen met bewoordingen in de Richtlijnen. Daarnaast is belangrijke Europese aanbestedingsjurisprudentie in de Richtlijnen gecodificeerd, met andere woorden als regel opgenomen. De essentiële wijzigingen zijn:
Deel 1, Algemene bepalingen
Er zijn geen wezenlijke wijzigingen in deel 1. Een aantal definities is aangepast en er zijn enkele nieuwe definities.
Deel 2, Overheidsopdrachten en prijsvragen
- Innovatiepartnerschap. Een nieuwe procedure om innovatiegericht inkopen te stimuleren die kan worden toegepast wanneer er op de markt geen bestaande oplossing beschikbaar is.
- Mededingingsprocedure met onderhandeling is de nieuwe naam voor de onderhandelingsprocedure met aankondiging.
- Elektronische communicatie en gegevensuitwisseling is verplicht gesteld tenzij dit om veiligheidsredenen niet mogelijk is.
- Het documenteren van het verloop van de procedure door de aanbestedende dienst gedurende de gehele procedure is verplicht.
- De verkortingsmogelijkheid vanwege het elektronisch beschikbaar stellen van de aanbestedingsstukken is vervallen. De procedure moet verlengd worden indien niet alle aanbestedingsstukken rechtstreeks toegankelijk zijn vanaf het moment van aankondiging.
- Er zijn nieuwe, verplichte uitsluitingsgronden: betrokkenheid bij terrorisme en mensenhandel.
- De aanbestedende dienst mag inschrijvers uitsluiten die blijk hebben gegeven van aanzienlijke of voortdurende tekortkomingen bij de uitvoering van een eerdere overheidsopdracht. Zwarte lijst.
- Bij beroep op draagkracht van derden mag de aanbestedende dienst eisen dat zowel inschrijver als derde hoofdelijk aansprakelijk zijn.
- Bij beroep op technische bekwaamheid van een derden mag de aanbestedende dienst verlangen dat die derde dat deel van de opdracht uitvoert.
- De term economisch meest voordelige inschrijving vervalt en heet voortaan de inschrijving met de beste prijs-kwaliteitverhouding.
- Verplichte verstrekking van contactgegevens en wettelijke vertegenwoordigers van onderaannemers tijdens de uitvoering van de opdracht opdat ook deze partijen getoetst worden aan de uitsluitingscriteria.
- Laagste kosten op basis van kosteneffectiviteit is een nieuw gunningscriterium waarbij gegund wordt op basis van andere kostencriteria, zoals levensduurkosten (LCC).
- Economisch meest voordelige inschrijving is de overkoepelende term voor de drie mogelijke gunningscriteria: beste prijs-kwaliteitverhouding, laagste kosten op basis van kosteneffectiviteit en laagste prijs.
- De aanbestedende dienst heeft een bewaarplicht gedurende de doorlooptijd van de opdracht.
- Bijzondere voorschriften betreffende de bouw van een complex sociale woningen zijn geheel vervallen.
- Alle bepalingen betreffende een concessieovereenkomst zijn, al dan niet aangepast, verplaatst naar deel 2A.
- Er zijn meer bepalingen opgenomen betreffende de wijziging van overheidsopdrachten.
- Het onderscheid tussen de zogenoemde II-A en II-B diensten verdwijnt. Enkele diensten zijn aan de lijst toegevoegd, andere zijn eraf gehaald. De diensten die overeenkomstig een verlicht regime kunnen worden aanbesteed zijn opgenomen in bijlage XIV van Richtlijn 2014/24/EG.
- Het Uniform Europees Aanbestedingsdocument vervangt de eigen verklaring.
Deel 2A, Concessieopdrachten
Dit deel is nieuw in de Aanbestedingswet. Het betreft de implementatie van Richtlijn 2014/23/EU aangaande concessieopdrachten. Een groot deel van de tekst is overgeheveld uit het oorspronkelijke deel 2 van de eerste Aanbestedingswet.
Deel 3, Speciale-sectoropdrachten
De strekking van dit deel van de wet wijkt niet af van deel 2 waar de overheidsopdrachten worden behandeld. Deel 3 is de implementatie van richtlijn 2004/25/EU.
Deel 4, Overige bepalingen
De Wira wordt teruggetrokken.