Klachtenregeling

De laatste jaren is het aantal geschillen en rechtszaken over aanbestedingsprocedures toegenomen en dat heeft interessante jurisprudentie opgeleverd. Hierdoor lijkt het erop dat aanbesteden steeds meer een zaak is geworden voor juristen. Dergelijke geschillen monden vaak uit in langdurige bodemprocedures omdat een uitspraak in kort geding slechts een eenvoudig geschil betreft. Het belang van de aanbestedende dienst wordt afgewogen tegen het belang van de individuele inschrijver. Die laatste trekt nogal eens aan het kortste eind, zo blijkt uit periodiek onderzoek.

In de aanbestedingswet is geregeld dat er een onafhankelijke commissie van aanbestedingsexperts is ingesteld die een niet-bindend advies geeft over aanbestedingsgeschillen. Hiermee wordt beoogd dat experts in korte tijd een oordeel vellen over geschillen die vervolgens zonder rechtsgang worden beslecht. Zo wordt het aantal zaken zonder arbitrale tussenkomst verminderd waardoor het juridisch apparaat wordt ontlast. Het staat partijen overigens wel vrij om het advies van de commissie naast zich neer te leggen en om alsnog een rechtszaak aan te spannen.

Klachtenmeldpunt

Volgens het voorstel voor de klachtenregeling moeten de aanbestedende diensten intern een klachtenmeldpunt instellen. Van de marktpartijen wordt verwacht dat zij eerst proactief vragen stellen over onduidelijkheden in de aanbestedingsdocumenten. Pas als de vraag in de Nota van Inlichtingen onduidelijk, onjuist of helemaal niet wordt beantwoord, dan is er aanleiding om een klacht in te dienen. De nota verschijnt uiterlijk tien dagen voor aanmelding/inschrijving (ARW nationale procedure: uiterlijk zes dagen). De klager dient zich met zijn klacht eerst te wenden tot het interne klachtenmeldpunt. Dat betekent dat het klachtenmeldpunt voortvarend tot een oordeel moet komen wil de onduidelijkheid tijdig voor potentiele gegadigden/inschrijvers naar tevredenheid worden opgelost. De aanbestedende dienst loopt het risico dat de procedure op het laatste moment moet worden aangepast.

Commissie van Aanbestedingsexperts

Voordat een ondernemer zich kan wenden tot de commissie, moet eerst de klacht eerst zijn gemeld bij de aanbestedende dienst. Het indienen van een klacht heeft in principe geen opschortende werking. Het lukt de Commissie van Aanbestedingsexperts doorgaans niet om binnen de stand-still periode van twintig dagen tot een oordeel te komen. De aanbestedende dienst krijgt, indien mogelijk, het verzoek om de gunningsbeslissing uit te stellen.

Rechtsgang

De ondernemer kan zijn klacht nog altijd in een kort geding voorleggen aan de rechter. Dat moet binnen de ‘stand still’ periode gebeuren om voorkomen dat hij zijn rechten heeft verwerkt. Indien een klacht aan de rechter wordt voorgelegd, dan kan de Commissie besluiten om de behandeling te staken. De toekomst moet uitwijzen of de rechter het Grossman-arrest (pro-actieve houding) van toepassing verklaart indien de klager geen gebruik heeft gemaakt van de klachtenregeling maar direct heeft gekozen voor rechtsgang. Als dat het geval is, dan is sprake van een ongewenst neveneffect.